Tweede Kamerverkiezingen 1854

Tweede Kamerverkiezingen 1854
Datum 13 juni 1854[1]
Land Vlag van Nederland Nederland
Te verdelen zetels 34
(34 leden waren niet-aftredend)
Opvolging verkiezingen
← 1853     1856 →
Portaal  Portaalicoon   Politiek
Nederland

De Tweede Kamerverkiezingen 1854 waren periodieke Nederlandse verkiezingen voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Zij vonden plaats op 13 juni 1854.[1]

Nederland was verdeeld in 38 kiesdistricten, waarin 68 leden van de Tweede Kamer gekozen werden.[2] Een kiezer bracht evenveel stemmen uit als er afgevaardigden in zijn kiesdistrict gekozen werden. Om gekozen te worden moest een kandidaat minimaal de districtskiesdrempel behalen.[3] De leden werden gekozen voor een termijn van vier jaar; om de twee jaar werd de helft van de Tweede Kamer vernieuwd.[4]

De verkiezingen werden gehouden vanwege het periodiek aftreden van 34 leden van de Tweede Kamer van wie de zittingstermijn afliep op 17 september 1854. In drie kiesdistricten[5] was een tweede verkiezingsronde nodig vanwege het niet-behalen van de absolute meerderheid door de hoogst geëindigde (niet-direct-gekozen) kandidaat. Deze tweede ronde vond plaats op 27 juni 1854.

Uitslag

De uitslag van de verkiezingen was als volgt:

Groepering[6] Zetels
1853[7] Af[8] Bij[9] 1854 +/-
conservatieven  26/25 14 13 24 -1 
thorbeckianen  14/15  6  9 18 +3  
liberalen  9  5  6 10 +1  
antirevolutionairen  7  4  1  4 -3 
conservatief-katholieken  3  2  3  4 +1  
conservatief-liberalen  4/3  1  1  3 0
conservatief-protestanten  3  1  1  3 0
gematigde liberalen  2  0  0  2 0
vacature[10] -/1  1  0  0 -1 
totaal 68 34 34 68 0

Gekozen leden

Zie Lijst van Tweede Kamerleden 1854-1856 voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Bij deze verkiezingen werden 27 leden herkozen. De stemmingen voor de overige zeven vacatures hadden de volgende resultaten:

  • in het kiesdistrict Amsterdam werd Jean Baud[11] gekozen in de vacature ontstaan door het periodiek aftreden van Gerrit Schimmelpenninck (beiden conservatieven) die had aangegeven niet herkiesbaar te zijn;
  • in het kiesdistrict Eindhoven werd in eerste instantie het aftredende lid Johannes van der Heijde (liberalen) herkozen. Vanwege zijn overlijden op 25 juli 1854 werd op 22 augustus 1854 een tussentijdse verkiezing gehouden, waarbij Antonius Meijlink (conservatief-katholieken) gekozen werd[12];
  • in het kiesdistrict Rotterdam versloeg Anthony Hoynck van Papendrecht (51,9%, liberalen) het aftredende lid Jean Baud[11] (47,5%, conservatieven);
  • in het kiesdistrict Utrecht versloeg Nicolaas Kien (56,4%, conservatieven) het aftredende lid Hubert van Asch van Wijck (43,6%, antirevolutionairen);
  • in het kiesdistrict Zierikzee versloeg Sebastiaan Anemaet (57,5%, thorbeckianen) het aftredende lid Jean Schuurbeque Boeije (39,2%, conservatieven);
  • in het kiesdistrict Zutphen versloeg Willem Hendrik Dullert (53,6%, thorbeckianen) het aftredende lid Justinus van der Brugghen (45,4%, antirevolutionairen);

De zittingsperiode van de Tweede Kamer ging in op 18 september 1854. De zittingstermijn van Tweede Kamerleden bedroeg vier jaar.[13]

Bronvermelding

Bronnen

  • Verkiezingen Tweede Kamer 1848-1918 op huygens.knaw.nl
  • Ron de Jong (1999). Van standspolitiek naar partijloyaliteit. Verkiezingen voor de Tweede Kamer 1848-1887. Verloren, Hilversum. ISBN 90-6550-069-3.
  • Ron de Jong, Henk van der Kolk, Gerrit Voerman (2011). Verkiezingen op de kaart 1848-2010. Matrijs, Utrecht. ISBN 978 90 5345 437 4.

Noten

  1. a b Vanwege vervroegd aftreden van het zittende lid werden de periodieke verkiezingen in het kiesdistrict Sneek gehouden op 30 juni.
  2. Elf enkelvoudige kiesdistricten kozen één lid, in 26 meervoudige kiesdistricten werden twee leden afgevaardigd, en in het kiesdistrict Amsterdam vijf.
  3. De districtskiesdrempel werd bepaald door de volgende formule: 50% van het aantal uitgebrachte geldige stemmen, gedeeld door het aantal in het district te verkiezen zetels.
  4. Zie hier voor een nadere toelichting.
  5. Amsterdam, Dordrecht en Utrecht
  6. In 1854 bestonden nog geen politieke partijen. Gekozen leden sloten zich gewoonlijk eerst na hun verkiezing aan bij een kamerfactie.
  7. Een wijziging van het aantal zetels van een groepering is ontstaan door tussentijdse verkiezingen gedurende de zittingsperiode.
  8. Aftredend in 1854 vanwege het bereiken van het einde van de zittingstermijn.
  9. Gekozen c.q. herkozen bij de verkiezingen in 1854.
  10. Johannes van der Heijde, overleden op 25 juli 1854.
  11. a b Het was volgens de vigerende wetgeving geoorloofd zich in meer dan één kiesdistrict kandidaat te stellen. Als iemand in meerdere districten gekozen werd, diende hij vervolgens aan te geven voor welk district hij in de Tweede Kamer zitting wilde nemen; in het andere district/de andere districten werd dan een naverkiezing gehouden.
  12. De vacature voor de lopende zittingsperiode werd niet meer vervuld; Meijlink werd gekozen voor de zittingsperiode 1854-1858.
  13. Om de twee jaar was de helft van de Kamerleden aftredend.
Vlag van Nederland
· · Sjabloon bewerken
Tweede Kamerverkiezingen
Algemeen:1848 · 1850 · 1853 · 1866 · 1868 · 1884 · 1886 · 1887 · 1888 · 1891 · 1894 · 1897 · 1901 · 1905 · 1909 · 1913 · 1917 · 1918 · 1922 · 1925 · 1929 · 1933 · 1937 · 1946 · 1948 · 1952 · 1956 · 1959 · 1963 · 1967 · 1971 · 1972 · 1977 · 1981 · 1982 · 1986 · 1989 · 1994 · 1998 · 2002 · 2003 · 2006 · 2010 · 2012 · 2017 · 2021 · 2023
Periodiek:1852 · 1854 · 1856 · 1858 · 1860 · 1862 · 1864 · 1866 · 1869 · 1871 · 1873 · 1875 · 1877 · 1879 · 1881 · 1883
Periodieke verkiezingen werden in de periode 1850-1888 gehouden in een kiesdistrict waar de zittingstermijn van een lid (vier jaar) afliep. Gemiddeld was bij periodieke verkiezingen de helft van de Tweede Kamerleden aftredend. Bij algemene verkiezingen in deze periode, na ontbinding van de Tweede Kamer, werden alle Kamerleden opnieuw gekozen, evenals bij alle verkiezingen vanaf 1888.